Art 42
Bonekruid (Satureja)
Het verhaal van bonekruid of boneNkruid, is geen eenduidig verhaal, want er bestaat enerzijds een overblijvende plant - het bergbonekruid, en anderzijds bestaat er ook een éénjarige variant die voornamelijk als keukenkruid ge-kweekt wordt. Beide soorten zijn natuurlijk zeer sterk aan elkaar verwant, niet alleen van oorsprong (beiden zijn vertegenwoordigers van het geslacht Satureja bij de Lipbloemigen), maar ook in hun toepassing in de keuken en als geneeskruid. Sedert oudsher wordt bonekruid gebruikt om moeilijk en zwaar te verteren voedsel -met bonen voorop- beter verteerbaarder te maken. Wie bonen eet zal gemakkelijk last krijgen van winderigheid in de darmen. Welnu, doe een portie bonekruid bij de bereiding van je bonen, en deze flatu-lentie zal in aanziennlijke mate verminderen. Dat is ook de reden waarom men het kruid in de 16-e eeuw de bijnaam "saus der armen" gaf. Een weinig flaterende (!) naam omdat in die tijd de armen zich hoofdzakelijk met peul-vruchten, het "goedkope voedsel" voedden. Het overblijvend bonekruid wordt soms ook wel eens het winterbonekruid genoemd, omdat het de winters kan doorkomen; terwijl het eenjarig bone-kruid wel eens het zomerbonekruid genoemd wordt omdat het gezaaid wordt in april om geoogst te kunnen worden in september, en dus zijn ganse cyclus in één zomer doormaakt. Persoonlijk prefereer ik de gekweekte variant, om-dat die iets sterker geconcentreerd ruikt en is. Er zijn TWEE facetten verbonden aan de spijsvertering: vooreerst een "agres-sieve" komponente waarbij het opgenomen voedsel wordt afgebroken (kapot gekauwd,en vermengd met zuren in maag en uit gal); en een vertering in de darmen met "extraktie" waarbij bruikbare stoffen worden gedetekteerd, en door de darmwand in de bloedbaan worden gebracht. ASTROLOGIES valt het eerste onder Mars-Ram, het tweede onder Mercurius-Maagd. Men spreekt bij dit laatste zelfs over "buik-hersenen" of "darm-intelligentie" omdat de darmen -onder leiding van de alchemist de lever- een analyse en een triage van het voedsel moeten maken. Bonekruid bevat deze BEIDE komponenten, en is dus een kombinatie van een vurige Mars-energie met een Aardse Maagd-energie. HOE het bonekruid de spijsvertering bevordert is dus zeker geen geheim: het is welbekend dat het op de gal werkt. Gal is een agressieve stof. In de Oudheid maakte men onder-scheid tussen oude, zwarte gal (melan chol) en jonge, gele gal (chol), korres-ponderend met de twee Elementaire types: de melancholicus of Aarde-mens, en de cholericus of Vuur-mens.Wie zijn gal niet uitstort, pot zijn frustraties en ergernissen op, en kan innerlijk verzuren, terwijl tegelijkertijd zijn eten ook niet goed verteerd wordt en in de darm verzuurt. Het lichamelijk verteringsproces loopt naar analogie dus ook nog eens paralel met de ANDERE "verteringsprocessen" op de ANDERE bestaansvlak-ken. Emotioneel moet men bepaalde emoties kunnen aanvaarden, opnemen, verwerken door die te kunnen duiden en een plaats te geven. Mentaal moet men bepaalde informatie kunnen aannemen (zich bevragen), opnemen door erover na te denken, en verwerken door die een plaats te geven in de eigen ge-dachtenwereld en visies over de wereld. Psychies moet men bepaalde ervarin-gen kunnen aanvaarden (ipv te verwerpen of te negeren), opnemen door er voortaan rekening mee te houden, en verwerken door die in eigen houding en gedrag in te passen. Bijgevolg is het als COMPLEMENTAIR KRUID te gebruiken door mensen die dik zijn, zonder echt veel te eten. Zij hebben een slechte gal-wer-king, waardoor zij het vet opslaan als een reserve ipv de vetten om te zetten tot bouwstenen voor het lichaam en tot brandstof voor het organisme. Naar analogie verwerken ze ook hun emoties en ervaringen niet, maar worden die eveneens "opgeslagen" (in het onderbewustzijn). Daardoor snoeren zij zich af van de Levensstroom, en wordt hun chi "bol geblazen" in hun cocon. Bone-kruid kan helpen om al deze blokkades te doorbreken, en de circulatie (Mer-curius) van energie en emoties samen met de vertering terug op gang te bren-gen. Als ANALOOG KRUID zit het verhaal iets moeilijker in elkaar. Een echte cholericus is immers NIET gebaat bij het gebruik van bonekruid: die maakt zich "al dik genoeg" uit zichzelf met zijn vurig temperament. Maar een Maagd -type is "platonies" van aard, en daardoor kan het verkeerd lopen. Er is nog een ANDER gebied waarin Bonekruid kan inwerken, en waaraan het zijn bij-namen als liefdeskruid, "l'herbe du bonheur" en als aphrodisiacum heeft te danken. Bonekruid werkt ook op de geslachtsklieren en de sexuele aan-drift: het wekt wellust op. Bij platoniese liefde ziet men tegenop de daad-wer-kelijke geslachtsdaad, of men is er zelfs angstig en onzeker voor. Bonekruid past dus bij personen die moeite hebben om hun liefde lichamelijk-sexueel te uiten. De Latijnse naam satureja verwijst daarnaar: het is afgeleid van het Griekse "satyriakos" wat wellustig betekent (men kan er ook het woord satyr in herkennen). Het op zichzelf teruggetrokken, zwartgallige (!) type heeft niet alleen problemen met zijn vertering door een slecht werkende galblaas, maar riskeert ook op termijn galstenen te maken die de verstoffelijking zijn van zijn opgeslagen ergernissen. Bonekruid kan hem helpen om UIT zijn immobi-liteit en sexuele lusteloosheid te treden: "in zijn gedachten leven" is geen sur-rogaat voor echte aktie in het echte leven. Geen woorden, maar daden! |