Druivelaar, Wijnrank, Wijnstok (vitis)

De Druif hoeft niet meer voorgesteld te worden: het is een vrucht die over alle kontinenten van de hele wereld wordt ge-teeld en gegeten. Het is de vrucht van een houterige struik -de wijnstok of wijnrank- die reeds vanaf de 6de eeuw vóór onze jaartelling werd gekultiveerd in de Kaukasus en Mesopotamië. En wel om er wijn uit te bereiden. Al vrij vroeg moeten onze voorouders immers gemerkt hebben, dat wanneer ze een partij zoete druiven lieten staan, die begonnen te gisten, en het suiker erin werd omgezet tot alkohol. Wijn is een produkt dat in alle kulturen waar voldoende zon en warmte voorradig is, werd ge-teeld, en in die zin meer een exponent van een kultuur (de Griekse, de Romeinse, en alle landen de Middelandse Zee), dan een "kultuurvolger": als een belangrijke waar en exportartikel.

De waarde van die wijn stond steeds hoog aangeschreven, zo-als dat nog steeds het geval is: het is als het ware ook een graad-meter voor een savoir-vivre, en dit zowel aan de tafel van een-voudige boeren in een dorp, als aan de exquise tafel van de hau-te-bourgeoisie. Elk huwelijk, verjaardag, feest, succes, overwin-ning, heuglijke gebeurtenis wordt beklonken met een heil-dronk. In die zin vertegenwoordigt de druif/wijn zowel het het beste, als het slechtste in de mens: het vieren van het feest van het leven in broederschap en en samenhorigheid, tot het morele verval in de goot van het bestaan door dronkenschap. Alcohol is een gelegaliseerde maar onderschatte drug die mensen in de be -nevelde toestand van dronkenschap en verslaving kan bren-gen. De roes die het veroorzaakt doet iemands remmingen ver-liezen, en zich daardoor beter voelen. Tot zolang de roes duurt, waarna men zich slechter voelt. De weg naar omhoog, en de weg naar omlaag zijn extremen die daarmee samenhangen. Na het succes komt de val; na de overwinning de nederlaag; na de rijkdom de armoede.

Edward Bach heeft bij zijn beschrijving van zijn Vine deze dua -liteit weliswaar goed aangevoeld, maar mijn inziens daar een verkeerd label op geplakt. Zijn beschrijving vertoont immers die vulkaniese eigenschappen die aan Pluto-Schorpioen moe-ten toegeschreven worden; mogelijks werd dit geïnspireerd door het feit dat in het Zuiden wijngaarden op vulkaniese gron-den gedijen. Maar uit bovenstaand kultuur-verhaal, komt eer-der een Jupiter-Boogschutter-profiel naar boven. De centaur, die zowel het hoogstaande van de menselijk bovendeel, als het driftmatige van zijn dierlijk onderdeel bevat.

Hoogtes EN laagtes dus. De wijnstok kan op arme en droge aar-de groeien, omdat hij met zijn wortels heel diep in de grond dringt: die kunnen verscheidene meters lang worden. Ook de wijnranken zelf kunnen tot meters de hoogte uitgroeien, maar worden in kultuur tot 2m gehouden voor meer vruchtafzetting. Verse druiven bevatten 82% water en 16% suikers. Hierdoor zijn ze snel verteerbaar en versterkend, omdat de suikers direkt in het bloed worden opgenomen. Daarom worden ze vaak aan zieken en herstellenden gegeven, om aan te sterken. Het snel eten van wat druivesuiker of rozijnen kan ook de bloedsuiker-spiegel herstellen. Druiven kunnen daarom niet alleen gebruikt worden bij diabetes, maar kunnen het ook helpen voorkomen (type 2) doordat ze de antioxydant resveratrol bevatten die het lichaam beter doet reageren op het insulinehormoon, en beter bescherming biedt tegen zenuwschade en aantasting van het netvlies die vaak gepaard gaan met diabetes. De lever is het Jupiter-orgaan en diabetes is een typiese Boogschutter-kwaal, waartegen de Boogschutter-vrucht dat de druif is, kan helpen.

Naast een dosis eiwitten en vitaminen, bevatten druiven verder ook veel kalium. Kalium zet de nieren aan tot meer zuiverende aktiviteit, zodat druiven een gunstige werking kunnen hebben op nierkwalen, artritis en allergieën. In kombinatie met de res-veratrol die schadelijke stoffen opruimen, kunnen druiven ook Alzheimer en kanker helpen voorkomen, en door de verwijding van de bloedvaten een gunstige invloed hebben bij hoge bloed-druk, en aldus de hartfunktie helpen verbeteren (vooral als dat gepaard gaat met vorming van oedeem). Omdat druiven de omzetting van LDL-cholesterol naar oxycholesterol verhinde-ren, kunnen ze bovendien ook helpen om aderverkalking tegen te gaan.

Algemeen kan men stellen dat witte druiven meer zuiverend werken, en rode meer samentrekkend. Dat vindt men ook te-rug in de medicinale toepassingen van de plant in de volksge-neeskunde, waar de bladeren van de druivelaar werden ge-bruikt voor hun samentrekkende en bloedstelpende eigenschap -pen bij bloedende aambeien, en waar zowel bladeren als drui-vepitten werden gebruikt voor problemen met de bloedvaten zoals spataderen. Of deze medicinale kwaliteiten mogen uitge-breid worden over de wijn, is maar de vraag: daar geen tegen-strijdige rapporten en meningen de ronde over. In deze geldt wat men als een algemene regel kan hanteren: een matig ge-bruik -zeker omdat het gepaard gaat met een een instelling van genieten en ontspanning- kan zeker geen kwaad; overdaad schaadt.

Het succes-verhaal van de Druivelaar bevat een achterlig-gend Boogschutter-verhaal: elke winst houdt ook een verlies in; wie hoog vliegt kan diep vallen; en "winnaar" of "verliezer" zijn bijgevolg geen absolute waarden. Elkaar helpen, en vooruit en "omhoog" brengen, verdient aanbeveling boven alleen aan zich-zelf te denken: egoïsme en eigenbelang ten koste van anderen zijn ook extremen.