De eekhoorn

De eekhoorn is een kleine acrobaat : hij springt van tak tot tak, en van twijg tot twijg, hoog in de bomen, als in het ijle luchtledige opgehangen aan een aantal onzichtbare draden. En wat meer is: hij wikkelt dat allemaal af in een razendsnel TEMPO. De eekhoorn is precies altijd GEHAAST: alles wat hij doet, tot en met een nootje pellen om op te eten, doet hij op gedreven wijze. Hij raast door het leven, alsof hij "geen tijd te verliezen heeft". En hij is altijd druk in de weer : is het niet met voedsel te zoeken, dan is het met een voedselvoorraad aan te leggen, of met nootjes te verbergen als noodrantsoen. Waarna hij weer op zoek kan gaan naar die verborgen reserves, of zijn hele handeltje kan verhuizen omdat er "kapers op de kust zijn gesignaleerd".

Ook de eekhoorn-mens is VIEF en KWIEK : altijd druk in de weer; altijd met iets bezig. Zo bekeken, heeft de jachtige Westerse kultuur ook iets van de eekhoorn-energie. Met dit verschil, dat de eekhoorn weet wanneer het tijd is om te stoppen. Een eekhoorn wisselt immers periodes van drukte en aktiviteit af, met periodes van diepe rust, slaap en inaktiviteit. Wie dat niet doet, gaat "over zijn toeren", en is niet meer in staat om naar behoren te doen wat hij "moet doen ". Onverdroten en jachtig blijven doorsjakkeren tot men er letterlijk en figuurlijk bij neervalt, is geen effektieve manier van ageren en werken.

Behalve acrobaten, zijn eekhoorns ook nog handige harry's : hun HANDJES zijn uitermate beweeglijk. Ze bezitten een sterk pragmatiese intelligentie : hoe manueel dingen in elkaar te steken, in elkaar te passen, te puzzelen. Hun analyties vermogen en hun snelle inschatting stelt hen in staat om problemen die ze op hun weg ontmoeten, op te lossen. Op de BBC liep ooit een reeks met moeilijke parcours die men eekhoorns liet afleggen om aan nootjes te geraken; welke hindernissen men hen op hun baan ook voorschotelde, ze overwonnen die steeds. Daaruit bleek hoe snel eekhoorns konden bijleren, en beslissingen nemen om het anders aan te pakken.