Catalpa-Trompetboom
En hier een boom die afkomstig is van de "Nieuwe Wereld" nl Noord-Amerika. Zijn botaniese naam is afgeleid van het Chero-kese Catawba: de groeiplaats van deze boom was immers aan de Catawba-rivier. De Native American People noemden de boom zelf Katuhlpa = hoofd zonder vleugels, naar de bolvor-mige kroon die de volwassen boom heeft. De Trompetboom-familie (Bignoniaceae) heeft ook enkele vertegenwoordigers in Oost-Azië, maar niet in de Oude Wereld. De naam Trompet-boom refereert naar de bloemen, die -met de nodige verbeel-ding- frontaal op de trechtervormige beker van een trompet ge-lijken. Als een bij of hommel de bloem bezoekt, funktioneert die als een klankbox die het gezoem van het insekt versterkt. Maar daarin zijn Catalpa-blemen niet de enige; denk bijvoorbeeld maar aan de bloemen van het Vingerhoedskruid of van de Springbalsemien. De naam Indian Bean Tree refereert deels (onduidelijk) naar zijn gebied van herkomst -deze eeuwige verwarring met India en Amerika- en deels naar de vruchten: zeer lange peulen (tot 35 cm lang nl) die na de bloei aan de boom hangen als sperzie-bonen aan een plant. Soms wordt de boom ool wel eens ironies Ambtenarenboom genoemd omdat hij als één van de laatste bomen in het blad komt, en als één van de eersten zijn bladeren laat vallen. Hij kan slecht tegen de koude, en op een onbeschut-te plaats kan hij in onze kontreien in strenge winters wel eens kapot vriezen. Hij is dus op zijn best in de zomer, tijdens de va-kantie; en hij bloeit dan trouwens ook. De bladeren zijn spekta-kulair groot, dekoratief en hartvormig, en samen met de bloe-men vaak een reden om de boom in zijn tuin te willen; in een vroeg stadium kunnen ze gelige tot rode kleuren vertonen, en voor een exoties tintje zorgen. De Catalpa is een snelgroeiende boom die tot 18 meter hoog kan uitgroeien, en tot 10 meter breed. In veel tuinen wordt hij nogal eens ieder jaar geknot, wat om drie redenen jammer is: ten eerste zal hij dan nooit zijn mooie kruin kunnen ontvou-wen; ten tweede zijn de eenjarige twijgen nogal slap en gaan alle kanten uit, wat de boom dan een slordig uitzicht geeft; en ten derde zal hij nooit bloeien. Om zo snel te kunnen groeien heeft de Catalpa wel twee zaken nodig: een zonnige standplaats en een vruchtbare bodem. Hij maakt een uitgebreid wortelsys-teem, en wordt daardoor wel eens aangeplant om erosie tegen te gaan en de bodem te fixeren/stabiliseren. Van het hout van zo'n snelgroeiende boom moet men niet veel verwachten: het is niet hard doch dicht en zacht, en zeer duurzaam tegen verrot-ting, en daardoor uiterst geschikt voor palen en omheiningen, en destijds voor spoorbielzen. Door zijn zachtheid is het gemak-kelijk bewerkbaar zodat het in aanmerking komt als klankhout voor muziekinstrumenten. Medicinaal kende de Catalpa veel toepassingen bij de Native Amercan. Te beginnen met de schors die gemalen werd ge-bruikt als ontsmettingsmiddel, als antidoot tegen slangebeten, als wormmiddel en als kalmerend middel. De schors werd ook gebruikt als vervangmiddel voor quinine bij de behandeling van malaria. De bladeren kennen dezelfde ontsmettende eigen-schap, en werden gebruikt als wikkels rond kwetsuren en schaafwonden. En thee van de zaden tenslotte werd eveneens eveneens uitwendig op wonden aangebracht, en gedronken bij bronchitis, astma en kinkhoest bij kinderen. In kombinatie met andere kruiden werd het sap gebruikt als lotion tegen vermoei-de ogen en oogziektes. Met de wortels kan men niets aanvangen; het is zelfs verkieslijk om daar vanaf te blijven, gezien ze giftig zijn. De bloemen zijn groot en schitterend; ze komen vanaf eind juni in witte bloemtrossen, en zijn binnenin geel en paars getekend. Ze geuren licht, maar hebben vooral een grote dekoratieve waarde. Samengevat is de Catalpa een spektakulaire boom die het best als solitair een juweel in tuin en park is. Hij heeft als Leeuw-boom een dominante aanwezigheid en een sterk uit-stralingsveld, waardoor hij muggen en vliegen verjaagt. Hij draagt onmiskenbaar de geest van zijn herkomst met zich mee. Wat typerend was voor de oorspronkelijke bewoners van Noord-Amerika was niet zozeer de verdeling in verschillende stammen of "tribes", maar wel de trots en de koppigheid die aan allen gemeenschappelijk was. Het waren krijgers die hun eer in groot aanzien hielden. Oprechtheid en moed werden als belangrijke kwaliteiten beschouwd. Daarbij was spreken vanuit het hart een belangrijk aspekt: omdat het waarheids-besef in het dieper centrum -het hart- van iemands wezen ligt. Energeties is dat de verbinding tussen de derde chakra -het geel of de zonnevlecht- met de vierde chakra -het groen of de hart-chakra- en de vijfde chakra -het turkoois of de keelchakra. Wie oprecht is, spreekt zoals het in hem leeft en zoals hij het voelt. De Native American waren daarom niet beducht voor de ge-spleten tong waarmee de blanke kolonisten spraken, waarmee ze dingen zeiden of afspraken die NIET korrespondeerden met hun innerlijke overtuiging. Ze vonden zo'n instelling laf en on-eervol. Als Kreeft-Leeuw-boom -die begint te bloeien in de Kreeft-pe-riode tot het eind van de Leeuw-periode- bevat de Catalpa deze zelfde geladenheid of energie: toon je niet anders dan wie je bent; doe wat je zegt en stel de dingen niet anders voor dan hoe ze in jou leven. Probeer de boom dus niet te manipuleren -lees: te knotten- maar geef de ruimte en het respekt dat hij verdient, en hij zal uitgroeien tot een majestueuze boom. Zijn cardio-vasculaire werking op het hart dient nog verder onderzocht te worden, maar het is een feit dat de Catalpa ook figuurlijk tot het hart spreekt. |