Sneeuwbal (Viburnum farreri)

Deze Sneeuwbal heeft zijn wetenschappelijke soortnaam -far-reri- gekregen naar Reginald Farrer, een plantenverzamelaar en ontdekkingsreiziger uit de 20ste eeuw, die tijdens zijn expe-dities in Azië deze struik naar Engeland meebracht. Hij is af-komstig uit de bergstreken van NW-China, en mag daarom te-recht de Chinese Sneeuwbal worden genoemd.

Deze sneeuwbal is een weinig populair lid van de Viburnum- familie, en wordt niet frekwent aangeplant in tuinen. Zijn broer -tjes de Koreaanse sneeuwbal (viburnum carlesii) en de Japan-se sneeuwbal (viburnum burkwoodii) zijn populairder vanwege hun uitbundigere bloei met vollere bloemschermen in de lente. De "Ikebana-sneeuwbal" (viburnum opulus), die veel gebruikt wordt in de bloemensierkunst, en de Mediterane sneeuwbal (viburnum tinus) die bladhoudend is en daarom als alternatie-ve haagplant kan gebruikt worden, zijn populair om andere re-denen. Misschien valt zijn gering succes te verklaren door een eigenschap die hij deelt met de twee inheemse viburnum-soor-ten in het Westen, de Gelderse roos (viburnum opulus) en de wollige sneeuwbal (viburnum lantana): zij stinken. Dit is een natuurlijke verdediging tegen vraat: zich als onapetijtelijk en afstotend presenteren, om potentiële aanvallers de zin te ont-nemen om van deze plant te willen smullen.

Nochtans heeft de Chinese Sneeuwbal een unieke troef: hij bloeit in oktober-november, het keerpunt van de herfst naar de winter. Zijn broertje de Wintersneeuwbal (viburnum bodnan-tense) bloeit in de winter- het vroege voorjaar, maar de farreri is één van de weinige planten die beginnen te bloeien wanneer alle andere planten en bomen hun bladeren afwerpen.

Zijn geur is ook zeer diep en indringend: men kan de struik van ver ruiken, nog vóór men hem ziet; dat is ook noodzakelijk om in deze periode zeldzame bestuivers aan te trekken. Want hoe afstotelijk de plant ruikt, hoe welruikend zijn bloesem is; daar-om wordt hij ook nog de viburnum fragans genoemd.

Ik heb mij dan ook lang het hoofd gebroken over WAAROM de-ze sneeuwbal zo weinig geliefd is. Tot ik een (gratis) exemplaar kreeg aangeboden van mijn buurvrouw Jaqueline. Zij was ook een fervente tuin- en bloemenliefhebster, en vaak bespraken we dat aan de haag of in de tuin, of wisselden we planten uit. Maar die ene struik dus, daar wou ze eigenlijk "vanaf". En meteen be-greep ik ook waarom, toen ik hem in mijn tuin overplante: hij stonk! Dat was mijn eerste ontmoeting met de farreri, maar daardoor liet ik mij niet afschrikken. Ik vroeg me ook af, of de naam "fragrans" dan misschien ook ironies bedoeld was.

En zo zijn we aanbeland bij de kern van dit Sneeuwal-verhaal: trek niet te vlug konklusies op grond van eerste en oppervlak-kige indrukken. Oordeel niet te snel op basis van uiterlijke ken-merken en vooroordelen. Neem integendeel de tijd om iemand -en in dit geval een struik- werkelijk te leren kennen. Want Schorpioen -of het nu een mens of een plant is- laat zich NIET gemakkelijk kennen, en stelt zich in eerste instantie zelfs argwanend en terughoudend op. Uit zelf-bescherming. Pas wan -neer men zich de moeite neemt om hem te leren kennen, laat hij zijn verdediging zakken en zijn echte charme zien. Daarom worden ook heel wat mensen veroordeeld en verbannen: omdat ze niet voldoen aan de algemene norm of het doorsnee-beeld. Buitenbeentjes worden aldus outcasts en zonderlingen: men kan hen niet in een schuif stoppen, en ze laten zich niet kisten. Men weet niet wat men met hen moet "aanvangen".

Gaat dit nog over de struik? Jawel, want zo de mens, zo de boom, en vice versa. Dat is analogie: dezelfde energie of het-zelfde verhaal geldt zowel voor de Sneeuwbal-plant als voor de Sneeuwbal-mens. Het enige wat men met hen moet "doen", is open-minded blijven, en hen de plaats en ruimte geven om zich te tonen zoals ze zijn. Iedereen heeft het recht om te existeren, om een plaats te vinden om te kunnen leven. Ik heb de Sneeuw-bal een mooi plaatsje gegeven in mijn tuin, en ik heb me dat nog geen moment beklaagd. Ik kan zelfs spreken over een heu-se revelatie, want voor het feit dat ik hem heb verwelkomd, heeft hij mij al die jaren beloond met zijn onnavolgbare bloe-semgeur, op momenten dat er in de tuin weinig anders te bele-ven viel. En hij herinnerde mij aan al die keren dat ikzelf niet welkom was, voor de simpele en idiote reden dat ik niet vol-deed aan het beeld van de ideale zoon/lief/werknemer/schoon-zoon/ .......

Net zoals dat het geval is met de ontelbare ondersoorten van de Sneeuwbal die verschillen in bepaalde kenmerken en plaatsen van herkomst, kunnen ook mensen bepaalde aspekten of karak-tertrekken hebben die anderen aanspreken of niet. Voor elk wat wils betekent dat men zelf niet aansprakelijk is van welk deel-aspekt van zichzelf anderen zullen houden of niet: ieder-een is OK zoals hij is, met zijn sterke EN zwakke kanten, met zijn aantrekkelijke EN minder aantrekkelijke kanten. Want die maken SAMEN het unieke karakter van wie hij is. Men kan niet aan iedereen bevallen, en dat is maar goed ook. Anders zou de wereld een konforme en saaie plaats zijn. We kunnen wel ho-pen dat we elk een plaats zullen vinden waar we welkom zijn en kunnen blijven; waar men ons zal appreciëren voor wie we wer-kelijk zijn.