Art 18
Venkel (Foeniculum)

Venkel kan men op twee manieren tot zich nemen. De eerste manier bestaat eruit, van het als groente te eten: "knol"-venkel, wat eigenlijk een verkeerde naam is, want het is geen ondergronds deel (wortel), maar een verdikte sten-gelbodem die men bekomt door de plant heel specifiek te zaaien, en op één seizoen te laten groeien. Als men Venkel als een meerjarige plant houdt, dan begint die op te schieten wanneer de dagen beginnen te lengen, om in de zo-mer te beginnen bloeien en zaad te geven in de nazomer. Dat is de tweede ma-nier: thee trekken van de welriekende zaden. Die zijn dermate aromaties, dat oude diervoedingszaken, waar de graanmengsels voor vogels in juten zakken werden bewaard en uitgestald, helemaal naar dit kruid roken. Vaak gebruikt men Venkel ook, of zijn broertje Dille, in het maken van "spijs" in de hengel-sport om vissen mee te lokken.

De sterke uitstraling van Venkel, waarvan de geur slechts een komponente is, is ook geweten in de groententeelt: Venkel heeft een "slechte invloed" op sommige kruiden en groenten. Hiermee wordt bedoeld: Venkel remt hen in hun groei; dit is het geval voor koriander, bonen, koolraap en tomaten. De zaden worden gebruikt bij het inleggen van uien, augurken en haring, alsook bij de bereiding van sommige likeuren. Oorspronkelijk afkomstig uit het war-mere Middellandse Zeegebied, werd Venkel naar hier gebracht door de Ro-meinen. Op eigen houtje om zo te zeggen, zou hij het niet gekund hebben; ook nu nog lukt verwilderen in ons kouder klimaat quasi niet.

De geslachtsnaam Foeniculum komt van het Latijnse "foenum" = hooi. De Romeinen vonden immers dat de plant naar "hooi" rook, in de aangename zin dan, want ze legden het kruid ook onder het deeg wanneer ze brood bakten.

Niet eens zo'n slecht idee natuurlijk, want sedert oudsher weet men dat Ven-kel een weldoende invloed heeft op de spijsvertering en het darmkanaal. Venkel is spijsverteringsbevorderend, eetlustopwekkend, stimuleert de darm-werking, verdrijft winderigheid en gisting (areofagie=teveel inslikken van lucht; flatulentie; opgeblazen gevoel=meteorisme), lost buikkrampen op. Venkel is een uitstekend kruid voor de buik, ook en in het bijzonder voor hen bij wie de darmflora nog niet voldoende ontwikkeld is om de vertering optimaal te laten doorgaan, zoals bij kleine kinderen, of bij hen wiens darm-flora door ziekte werd ontregeld.

Daarnaast is Venkel ook, menstruatie-bevorderend, zogvormend, (licht) uri-nedrijvend, slijmoplossend voor de luchtwegen (=expectorans), maakt de hoest losser, ontspant de hoest bij kinkhoest en astma, stilt kramp en koliek. In zijn zaden heeft hij de zonnekracht opgeslagen: Venkel is een verwar-mend kruid, dat ASTROLOGIES onder Leeuw-Zon valt. Vandaar ook dat het nog eens een weldoende invloed op de ogen en het gezichtsver-mogen kan hebben: oogbaden nemen van venkelwater kalmeert vermoeide ogen, en helpt bij cataract. Vandaar ook het gebruik van Venkel als aphrodi-siacum, en als we nog een stapje verder afzakken in het anedotisme, het ge-bruik als anti-diabolies kruid als bescherming tegen kwade geesten.

Venkel is niet alleen een algemeen tonicum dat opwarmt, maar bevordert ook de beweging in gans het onderlichaam: niet louter de darmen, maar ook de lever, de maag, de nieren, het urogenitaal systeem (oa menstruatie). Daarom wordt Venkel in de Chinese Kruidengeneeskunde ook gebruikt om opgesta-peld vet terug in de bloedbaan te brengen (dus bij zwaarlijvigheid) en om osteoporosis te helpen voorkomen. Dit wijst op Mercurius-Maagd-energie. Het zal dan ook niet verwondering baren dat de darmen het Maagd-orgaan zijn. Verder wordt Venkel in de Chinese Kruidengeneeskunde ook gebruikt bij hernia en onderbuikpijnen, vooral wanneer die door koude werden veroor-zaakt. Maar het kan verbazen dat Venkel daar tenslotte ook wordt gebruikt als antidoot tegen vergiften (van beten en paddestoelen), als wormmiddel, en als anti-schimmel-middel (in het bijzonder tegen Candida albicans).

Bijgevolg is het als COMPLEMENTAIR KRUID te gebruiken voor het nerveuze mensentype met een tekort aan Zonne-kracht in de buik. Intelligente mensen die voornamelijk leven "vanuit het hoofd" en vanuit het denken, en daardoor onvoldoende tijd en rust nemen om goed te ademen, en op tijd en in rust te eten. Er is steeds een zekere gehaastheid, waardoor het eten teveel naar binnen wordt geschrokt, en de vertering door al die mentale stress en gejaagdheid onvoldoende is. Een kopje warme venkelthee drinken brengt niet alleen rust en onderbreking daarin, maar healt ook de negatieve gevolgen van dit "hoofdwerk" door terug warmte in de buik te brengen. Er wordt teveel aandacht en energie "naar boven" getrokken, waardoor de buik in de koude (=gebrek aan energie) komt te staan.

Als ANALOOG KRUID wijst op het verband tussen de ademhaling en de vertering: een slechte (te oppervlakkige, te gehaaste, te gespannen) ademhaling, weerspiegelt zich eveneens als een onvolledige en belaste ver-tering. Het past bij het mensentype dat altijd gekonfronteerd wordt met ener-verende toestanden: door op de "toppen" van zijn zenuwen te (moeten) leven, geraakt het lichaam verkrampt, zodat bepaalde funkties zoals de ademha-ling en de darmwerking niet meer op ontspannen wijze tot stand kunnen ko-men. Gasophopingen in de darm als gevolg van een "ingehouden adem", en verslijming van de luchtwegen als gevolg van een gebrekkige vertering. Het ik -de Zon- kan het teveel aan dynamisme van veranderende omstandigheden, indrukken en ervaringen -Mercurius-, niet aan. STOP! En neem dus een rust-pauze. Bij een kop venkelthee. Zo "erg" is het allemaal weer niet, om je er zó druk over te maken. Dus: chill! Wees zen. Mediteer over het leven, in plaats van er een race van te maken.